"Via Verde Ojos Negros" - Reisverslag uit Jérica, Spanje van robwildschut - WaarBenJij.nu "Via Verde Ojos Negros" - Reisverslag uit Jérica, Spanje van robwildschut - WaarBenJij.nu

"Via Verde Ojos Negros"

Door: rob wildschut

Blijf op de hoogte en volg

30 Juni 2010 | Spanje, Jérica

Op het landskaartje kun je klikken en dan weer stteds verder inzoemen om in Jérica te komen.

Na een flinke klim kom ik eindelijk in Teruel aan. Een mooi stadje dat eigenlijk in een onder- en bovenstadje verdeeld is waarbij het bovenstadje weer in tweeën op twee bergpunten verdeeld is met de onderstad in het dalletje ertussen, als de gewaardeerde lezer begrijpt wat ik bedoel. Twee viaducten, een nieuwe voor auto’s en een oude voor langzaam verkeer verbinden de twee bovenliggende delen met elkaar. Vanaf het wandelviaduct is de benedenstad minstens 60 meter lager helemaal te zien.

De “Via Verde Ojos Negros”, het oude spoorlijntje dat nu een fiets- wandel- ruiterpad is, heet zo omdat rond het dorpje “Zwarte Ogen” de ijzererts mijnen lagen waar het spoorlijntje ooit in 1900 voor is aangelegd. Vanuit de omgeving werd de gewonnen delfstof over het spoorlijntje naar de kust vervoerd. Later werd het lijntje ook voor personenvervoer gebruikt. Omdat het spoor dalen en bergen aan beide zijden liet liggen waar dan toevalligerwijs ook de plaatsjes liggen, staan de nu vervallen stationnetjes met een of twee moderne picknick tafels vaak vele kilometers van de plaatsjes af met dezelfde naam. Het spoor werd voor het laatst in 1972 gebruikt. Nu slingert zich in de buurt een modern spoor veel sneller naar Valencia.

Moest ik Teruel de vorige dag flink inklimmen nu moet ik vanaf Teruel tot mijn verrassing weer 15 kilometer drie tot vijf procent verder klimmen. Naderhand beschouw ik dat dan maar als een fikse ochtend warming-up. Maar goed dat je niet alles van te voren weet. Uiteindelijk kom ik op een colletjes van 1230 meter. Vandaar kan ik de Via Verde op en fiets ik als beloning als een koning. Zoals ik verwachtte blijven de stijgings- en dalingspercentages beperkt tot de twee procent. Waar dat niet mogelijk is, heeft men vroeger kloven uitgehakt of juist enorme bergen onder het spoor ver- en gezet. De uitzichten zijn weer wonderbaarlijk en ik voel mij net een echt treintje. Soms zijn er langs de smalle oude spoorbedding steile afgrondjes meestal afgezet met bosschages, daarentegen liggen de uitgehakte kloven vaak vol met gevallen puin waar ik dan een stukje lopend doorheen moet. Ook gaat mijn treintje over oude spoorviaductjes met daaronder een diep dalletje en zelfs enkele keren ga ik door korte en wat langere tunnels waar sensors de verlichting netjes aan- en uitschakelen en waar ik heerlijk afkoel mede door het water dat uit de gesteenten op mij daalt. Desalniettemin moet ik even een minuutje of wat wachten tot mijn pupillen aan het donker gewend zijn.

Ik blijf tussen de 1000 en 1200 meter schommelen en fiets op deze hoogte door mooie bossen afgewisseld door grote open stukken met de bekende prairie vergezichten.

De zon schijnt fel en er is de hele week boven de 30 graden voorspeld met een plaatselijk fel onweer. Toch is het op deze hoogte heerlijk. In mijn verbeelding voel ik mij soms een treintje. Ik moet oppassen dat ik niet levend verbrand want rond de 1100 meter hoogte gaat dat helemaal snel, zeker in de zomer in het binnenland van Spanje, hoewel ik natuurlijk behoorlijk gebruind ben intussen. Zonder mijn strooien hoed had ik het echter niet overleefd.

Wanneer ik ga dalen gaat dat eerst met een half procent zeer geleidelijk oplopend naar maximaal twee procent. Mijn snelheid volgt de snelheid van het treintje in mijn gedachten. Omdat het terrein wat op het wilde westen lijkt komen de door Fred opgevoerde “spaghetti westerns” tot leven. Zo moet dat voelen als je door dat verlaten landschap boemelt waar de sierra bergruggen in de verte na een dag fietsen nog op dezelfde plek lijken te liggen. In mijn verbeelding kan ik dan gemakkelijk achterna worden gezeten door een of andere “wild bunch”. Ik kom echter helemaal niemand tegen.

In het foldertje dat ik van de vvv kreeg staat de Via Verde veel te grof afgebeeld. De stippellijn is ongeveer een kilometer breed en daar kan ik niets mee. Bovendien kloppen de wegen, weggetjes en het nieuwe spoor niet. De afritten van de snelwegen staan wel goed benummerd. Ik vraag mij dan ook af of de onbenul die dit grafisch wanproduct tot stand gebracht heeft wel in de gaten heeft gehad dat dit kaartje voor ruiters, wandelaars en fietsers gemaakt moest worden. Weggegooid gemeenschapsgeld dus. Gelukkig is de Via Verde onderweg tot nu toe wel goed aangeven met plattegronden erbij. Er wordt in het foldertje advies gegeven genoeg water en eten mee te nemen want de eerste veertig kilometer kom je niets tegen. Leuk dat ik dan juist al na twintig kilometer een gezellige koffie met nota bene een uitnodigend schaduwrijk terrasje tegen kom.

Omdat het onweer flink aan het opbouwen is zoek ik in het plaatsje Sarrion naar het kleine hostalletje dat in de folder vermeld staat. Het zijn grote dreigende donkere bloemkool wolken en ik neem niet het risico er door overvallen te worden. Nu kan het ook zijn dat de zaak gewoon weer oplost maar dat weet je pas naderhand. In ieder geval is er een zwak onweer (tormenta debil) met plaatselijk felle buien voorspeld.

Sarrion is ook weer zo’n heerlijk dorpje met kleine winkelliertjes en vele barretjes. Van de buitenkant zien die cafeetjes er uit alsof ze failliet zijn. Binnen echter is het midden op de middag een drukte van belang. Bij de winkeltjes moet je goed kijken ten eerste of het wel een winkeltje is en dan wat er eigenlijk verkocht wordt. Vaak is het nauwelijks aan de buitenkant te zien wat zich binnen afspeelt. Je kunt zo maar bij de buren in de huiskamer staan als je niet goed oplet welke deur je binnen gaat. Sarrion heeft een prachtige oude poort die in 1982 tot nationaal monumentje is verklaard en stamt uit de 13 e eeuw.

In het hostal word ik allervriendelijkst ontvangen door een wat ouder echtpaar dat, nadat is komen vast te staan dat ik uit Holland kom, mij hun echt Hollands aardewerk laat zien dat uit een kast gehaald wordt. Blauwe klompen, blauwe platbodems, blauwe molens en blauwe tulpen moet ik bewonderen. Juist als ik dit schrijf zie ik in de verte boven de bergen een reusachtig watergordijn opengetrokken worden. Ik heb een verstandig besluit genomen. Dat is zo fijn in Spanje. De regen stort dan met bakken uit de hemel en na een paar uur is het weer weer heerlijk opgefrist. Voor de volgende dagen wordt gelukkig geen onweer voorspeld.

Ik vraag aan mevrouw of ik hier ook kan eten, tenslotte staat er naast het woord “hostal” ook “retaurant” geschreven. “Nee het restaurant is al lang gesloten” zegt mevrouw. “Maar hier tegenover en dan rechts de straat oversteken, kan een fietser goed eten” Ik begrijp ondanks mijn beperkte Spaans meteen waar ik moet zijn. Want meestal als je ergens de weg vraagt wordt er tussen het richtingwijzen door nog even verteld hoe het met oma en de kinderen gaat wat het begrijpelijkerwijs voor een Hollandse fietser niet duidelijker maakt hoe nu de gewenste weg te vervolgen.

Het bar/cafe/restaurant is vol mensen waarmee deze ene keer gelogenstraft wordt dat de middag maaltijd de belangrijkste maaltijd zou zijn. Ik vraag om het dagmenu. Het obertje leest van een verfrommeld briefje snel het een en ander op want er zijn nog meer wachtenden voor u. Van het opgelezene versta ik “groente” waar ik ja op zeg, iets met “aardappels” waar ik gauw ja op zeg, het woord “sardientjes” waar ik op knik en ik kies voor de “koffietaart” die uit zijn mond rolt, want ik moet niet te veel afvallen. Dus vanavond maar eens geen fruit als “postre” (toetje). Van al waar ik het “ja” woord op heb gegeven heb, blijkt dit slechts de kern te zijn van de avond maaltijd. Een berg boontjes doorspekt met spekjes en apart een gemende salade met tomaat, ei, augurk en zo voort. Frieten en een berg sardientjes wordt geserveerd. Daarnaast krijg je bij het dagmenu standaard, en dat is bij ieder restaurantje in dit binnenland het geval, een fles wijn uit het coöperatieve bulk wijn district waar ik een dag of wat geleden overnacht heb. Die fles mag je opmaken of niet, maar de wijn mag je ook met water aanmengen, wat veel Spanjaarden doen. Voor de prijs van alles bij elkaar een tientje maakt het niet uit. Wat mij ook opvalt is dat die Spanjaarden allemaal het groenvoer helemaal opeten, bovendien gooien ze er een grote hoeveelheid olijfolie doorheen. Andere gasten hebben blijkbaar een ander menu gekozen want bij hen gaat er een enorme soeppan de tafels rond waar de ober uit opschept tot de soepborden vol zijn, niet tot het eerste randje van het soepbord maar tot de echte rand. De sfeer krijg ik er gratis bij want het is wereld kampioenschap voetbal Spanje-Portugal uitvergroot op beamer kwaliteit wat net zo’n klassieker schijnt te zijn als Nederland-Duitsland bij ons. Althans, afgaande op ik de participatie van de gasten bij het voetballen.

Wat is er in Europa toch een grote diversiteit in culturen en landschappen. Je vraagt je af waarom je zo nodig naar andere werelddelen moet terwijl hier in het Spaanse binnenland nog alles voor Nederlanders onontdekt is. Maar ja ik doe er zelf ook aan mee. Zoals de Amerikaanse nationale wapenspreuk luidt: “in verscheidenheid één” , dat zou ook voor Europa moeten gelden.

Maar hoe voel ik mij nu eigenlijk? Tja, ik voel me prima. Heel soms wat eenzaam, aan het einde van de avond. Na het eten ga ik wat lezen, dan is het al na tienen, want voor negen uur kun je hier nergens eten. Echter na het lezen van een halve bladzijde val ik in slaap. Het gevolg is dat ik de volgende dag die bladzijde opnieuw moet lezen en ik niet veel verder kom in mijn boek. Dan te bedenken dat ik drie boeken van ieder ongeveer 800 bladzijden heb meegenomen. Ik weet niet meer dat ik een rug heb. Soms heb ik wel eens wat kramp in mijn linker kuit of dijbeen. Dat had ik tijdens de vorige fietsreizen ook waaruit ik maar opmaak dat dit niets met mijn ex-hernia te maken heeft. Ik weet niet wat er aan te doen. Koolhydraten eet ik genoeg. De fysiotherapeut, waar ik voor mijn hernia onder behandeling was, kon mij ook niet verder helpen dan de gebruikelijke rek- strek- en pilatesoefeningen. Overigens zou ik iedereen die een paar maanden geleden een hernia L 4/5 heeft gehad adviseren een fietstochtje naar Alicante te ondernemen. Na de Pyreneeën en het Spaanse binnenland heb je nergens meer last van

Gelukkig kan ik alles van mij afschrijven zodat ik het gevoel heb tegen iemand aan te praten.

Heel langzaam daal ik van boven de 1000 meter af. De soms wat dichte bossen laat ik achter mij en ik krijg het gevoel dat er nu geleidelijk een echt Middenlandse zee landschap ontstaat. Een ander soort dennenbomen komen in de plaats van de bossen waar ik vanochtend en gisteren soms door fietste. Ook staan er hier en daar cipressen. Veel bloemen bloeien er lustig op los in het wild. Het blijft volstrekt onbewoond gebied. Ik moet er niet aan denken wat ik moet doen als er iets ernstigs met mij of de fiets plaatsvindt want ik kom verder de hele dag niemand tegen, dus denk ik daar maar niet aan. Ik heb meestal ook geen bereik met mijn mobiel. Maar ja, je weet hoe dat gaat. Als je ergens niet aan mag denken, denk je er juist aan. Ik vind het trouwens helemaal niet erg om niemand tegen te komen. Nou ja, ik ben één meneer op een bergfiets tegen gekomen en ik heb eenmaal een paar kilometer de spoorbedding verlaten via een klein weggetje richting een dorpje voor koffie. Ik heb genoeg aan het indrukwekkende landschap. Ik sta vaak stil om te genieten van de omgeving en de grandioze uitzichten. Die oude vervallen functieloze stationnetjes met hun nieuwe picknick tafels in de schaduw lenen zich daar uitstekend voor.

Overmorgen verwacht ik pas in Valencia te zijn want de “Via Verde Ojos Negros” komt een kilometer of veertig ten noorden van Valencia bij de kust. Om precies te zijn, bij de plaats Sagunt of Sagunto.

.

  • 02 Juli 2010 - 14:03

    Marianne:

    Hoi Rob,
    Een eeuwigheid geleden dat je wat van mij gehoord hebt. Ik heb dan nu eindelijk vakantie en ben eerst jouw verslagen allemaal gaan lezen. Wat een fantastische tocht weer! Vanaf nu ga ik het allemaal echt bijhouden en opzoeken. groetjes

  • 03 Juli 2010 - 12:17

    Fred:

    Prachtige foto's Rob. Wanneer NS Hispeed nog een Hoge Snelheids Lijn (een HSL_Espana)wil gaan exploiteren, weet ik nu waar dat nog kan.
    Wat je zegt over de schoonheid van Spanje, deel ik 200%. Wat een geweldig land.....waar ze ook nog kunnen voetballen!

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Actief sinds 27 April 2008
Verslag gelezen: 1304
Totaal aantal bezoekers 206634

Voorgaande reizen:

25 Mei 2015 - 25 Mei 2015

Madrid naar Lissabon en verder

20 Juni 2014 - 20 Juni 2014

Fietsen in eigen schaduw Duitsland

08 December 2013 - 13 Januari 2014

Fietsen in eigen schaduw van Bangkok naar Phuket

08 December 2012 - 07 Januari 2013

Fietsen in eigen schaduw Thailand en Maleisië

22 Augustus 2012 - 22 Augustus 2012

Fietsen Breda, Parijs, Bordeau, Montpellier

20 December 2011 - 07 Januari 2012

Fietsen in eigen schaduw door Vietnam/Cambodja

04 Maart 2011 - 29 Maart 2011

fietsen Costa Rica/Nicaragua in mijn eigen schaduw

20 December 2010 - 10 Januari 2011

Cuba fietsen

08 April 2014 - 30 November -0001

Spanje, Portugal in eigen schaduw

17 April 2013 - 30 November -0001

Fietsen in mijn eigen schaduw rondje Spanje

23 Mei 2012 - 30 November -0001

Fietsen in mijn eigen schaduw naar Malaga

12 Mei 2011 - 30 November -0001

Fietsen in mijn eigen schaduw naar en van Praag

13 Augustus 0000 - 30 November -0001

misschien naar Berlijn

30 November 2009 - 30 November -0001

Richting Alicante fietsen in mijn eigen schaduw

30 November -0001 - 30 November -0001

Mijn eerste reis

Landen bezocht: